Ontwikkelstrategieën voor onze stad

Slimme groei

Gouda is een bloeiende en compacte stad. We zien kansen en ruimte om slim verder te groeien in een goede balans met de cultuurhistorische waarde van de stad. Daarmee benutten we de kans om het draagvlak voor de voorzieningen te vergroten, en een aantrekkelijke plek te bieden voor bedrijven en woningzoekenden. Hoe dit doorwerkt in onze woonwijken is te lezen in Sterke wijken. Hierbij maken we efficiënt gebruik van de schaarse ruimte in de stad, en maken we optimaal gebruik van de strategische ligging. De groei benutten we voor het aanpakken van de grote transities waar we voor staan, zoals voor het klimaat en energie, en voor de ambities bij alle andere stedelijke functies. Daar hoort bij dat de groei zo min mogelijk moet leiden tot extra verharding (zie ook gezonde groene stad). Om dit te bereiken werken we volgens deze principes.

Multifunctionele inrichting van de stad (toolbox; slim ruimtegebruik)

We kiezen ervoor om de beschikbare ruimte multifunctioneel in te richten. Kansrijke voorbeelden daarvan zijn energieopwekking en/of groen op daken, combinaties van wonen met werken, voorzieningen en commerciële functies, en gebouwd parkeren. Dit vereist flexibelere en ruimere bestemmingen.

Versnelling woningbouw

We zetten in op de versnelling van de bouw van circa 6.200 woningen die onderdeel uitmaken van vastgestelde visies en plannen. Daarbovenop hebben we de ambitie om op diverse locaties in totaal 2.300 woningen te bouwen, in lijn met de Verstedelijkingsagenda en met het woonbeleid en de Woon(zorg)visie. Het bouwen in het juiste segment is hierbij van groot belang, om alle doelgroepen naar wens te kunnen huisvesten in Gouda.

Hoger bouwen en verdichten (toolbox; slim ruimtegebruik)

Op plekken in de stad waar dit past in het stedenbouwkundige weefsel en bestaande (historische) kwaliteiten, bieden we ruimte voor hoger en dichter bouwen. Dit is bijvoorbeeld het geval rondom OV-knooppunten waar we streven naar een hoogwaardig gemengd stedelijk milieu. Door deze situering wordt de ruimtevraag voor parkeren beperkt gehouden (duurzame mobiliteit). Twee belangrijke uitgangspunten liggen daaraan ten grondslag:

  • Een ruimtelijk-visuele, zoals verwoord in de Nota Hoogbouw: de karakteristieke skyline van Gouda gezien vanuit de Krimpenerwaard willen we behouden. Zicht op de Sint Jan, de Gouwekerk en de oude molens speelt daarbij een belangrijke rol. Op andere plekken prevaleert het historisch karakter, zoals bij de historische linten. Dit betekent dat op een aantal plekken de bebouwing lager gehouden wordt. Anderzijds staat Gouda met zijn ‘kop’ in de Zuidvleugel van de Randstad. Dat mag ook zichtbaar zijn in Westergouwe en de Spoorzone en zijn directe omgeving. Ook is in sommige wijken hoogbouw nu al verweven met het ‘handschrift’ van de wijk. Op deze stedenbouwkundige kwaliteit wordt aangesloten bij nieuwe ontwikkelingen. Op termijn zal de Nota Hoogbouw worden geactualiseerd.

  • De locatie biedt voldoende draagkracht voor hoger en/of dichter bouwen, dit betekent immers een grotere dichtheid van mensen. Dat moet niet leiden tot knelpunten in de bereikbaarheid. Vooral locaties waar OV beschikbaar is, hebben daarom de voorkeur.

Beide uitgangspunten zijn tegelijkertijd van toepassing.

Functieverandering

  • Bij verstedelijking kiezen we primair voor functieverandering  (toolbox; slim ruimtegebruik). Het waarborgen van de ongehinderde bedrijfsvoering van de bestaande bedrijvigheid is hieraan bovengeschikt. Dat wil zeggen, de gereserveerde milieuruimte (geluidszonering) van de zittende (HMC) bedrijven mag niet verloren gaan. Functieverandering en daarmee verminderen van bestaande functies vindt dus alleen plaats als we daar nu én naar verwachting ook in de toekomst minder van nodig hebben. Een voorbeeld is de langdurige leegstand van kantoorpanden, die ook verloedering van de ruimte met zich meebrengt, of situaties waarbij langdurig sprake is van hinder en functieverandering een uitkomst biedt. Deze kunnen plaatsmaken voor méér van die functies waar juist wel behoefte aan is, zoals een breed scala aan woningtypen, groen en bedrijvigheid die past bij de huidige vraag. De prioriteit van de transitie naar wonen ligt in de gebieden van de Spoorzone en Goudse Poort (Spoorzone en Goudse Poort). Daarbij zien we in het oostelijk deel van Goudse Poort/Spoorzone kansen voor transformatie naar een woon-werkmilieu. Het westelijk deel zien we eerst kansen in het kader van beter benutten van het bedrijventerrein en transformatie leegstaande kantoorpanden naar bedrijvigheid. Aan functieverandering van bedrijven ten zuiden van de Hollandsche IJssel naar wonen wordt geen medewerking verleend.

Op het zuidoostelijk deel van Kromme Gouwe doen zich op termijn kansen voor om door verdichting, transformatie of herbestemming een gemengd hoogstedelijk milieu tot stand te brengen. Het waarborgen van de ongehinderde bedrijfsvoering van de bestaande bedrijvigheid is hieraan bovengeschikt. Dat wil zeggen, de gereserveerde milieuruimte (geluidszonering) van de zittende (HMC) bedrijven mag niet verloren gaan. Uitwerking van deze kansen is daarom aan strikte voorwaarden gebonden.

Afwegingskader Functieverandering

Bij functieverandering naar wonen gelden in de basis de volgende voorwaarden, waarbij een integrale afweging wordt gemaakt:

  • Continuering van een economische functie is niet haalbaar, bijvoorbeeld door onvoldoende vraag of vanwege geldende milieuregels

  • Als de transformatie een bestaand bedrijventerrein betreft: Er is draagvlak voor de functieverandering onder omliggende bedrijven. De bedrijven worden door de functieverandering niet beperkt in hun bedrijfsvoering

  • Er is sprake van een leefbaar woonklimaat, aansluitend bij bestaande of in ontwikkeling zijnde woongebieden, waarbij rekening wordt gehouden met (fysieke) veiligheid, gezondheid en de nabijheid van voorzieningen

  • De bereikbaarheid van de locaties wordt georganiseerd via het STOMP-principe (duurzame mobiliteit)

  • Er moeten voldoende parkeervoorzieningen worden gemaakt (zo min mogelijk, zo veel als nodig; in de loop van de tijd kan de parkeernorm hopelijk naar beneden worden bijgesteld op locaties waar voldoende en goede alternatieven voorhanden zijn)

  • In het geval van cultuurhistorisch erfgoed leidt de functieverandering tot een betere benutting van de bestaande kwaliteiten, zoals beschreven in de Erfgoedvisie

  • Er wordt tijdig en voldoende aandacht besteed aan groen, biodiversiteit en duurzaamheid, o.a. door het uitwerken van het PVE klimaatadaptief bouwen (denk bijv. aan bouwen met nestvoorzieningen, groene daken en groene muren). We volgen de ontwikkelingen op het gebied van circulair bouwen, en moedigen de toepassing hiervan aan bij nieuwe stedelijke ontwikkelingen

Deze integrale afweging moet voorafgaand aan een bouwproject plaatsvinden. De impact van het project op de opgaven moet daarbij ook worden weergeven, zowel positief als negatief. Indien een effect negatief is, moet tevens worden aangeven hoe deze wordt gemitigeerd of gecompenseerd.

Beschermen én ontwikkelen historische waarden

We beschermen de (cultuur-)historische waarden van Gouda, én ontwikkelen deze in lijn met de Erfgoedvisie. Bij nieuwe ontwikkelingen streven we naar een meerwaarde voor de stad, en mag geen afbreuk worden gedaan aan de historische kwaliteiten van de stad. De huidige cultuurhistorische waarden (de kernkwaliteiten van de huidige stad) vormen daarmee het startpunt van nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen. Dit geldt voor de stad als geheel, maar in het bijzonder voor de binnenstad, de schil rond de binnenstad, en de historische linten. De relaties tussen deze gebieden onderling versterken we verder voor betere voorzieningen voor fietsers en voetgangers, zodat die er nog meer van kunnen genieten. Daarbij moet ook worden nagedacht over de inrichting van de openbare ruimte en het stallen van fietsen. De fietsen willen we op plekken waar dit niet leidt tot een verrommeling van het straatbeeld en/of afbreuk doet aan het beschermd stadsgezicht, de historische linten en het aanzien van het cultureel erfgoed / de monumenten.